Tuesday, October 9, 2007

Loofhutje

"Klim eens boven in mijn kruin," zei de boom tegen het lieveheersbeestje, "dan pas kun je zien hoe groot ik wel ben." Na veel geklim en geklauter was het kevertje eindelijk helemaal boven. "ik ben dood op, maar het uitzicht is prachtig,"riep hij naar beneden. De boom moest schudden van de lach,"ik heb overal oren, je hoeft dus niet zo naar beneden te schreeuwen, anders komt er nog een vogel je op eten," ritselde hij zacht met zijn bladeren. "Ik heb honger," zeurde het kevertje tegen de boom.”Er zitten vast wel wat bladluizen ergens op een blaadje, eet ze maar op,” riep de boom. Hij vond het goed dat het kevertje die lastige kriebelend luizen van zijn blaadjes knabbelde. Lieveheersbeestjes kunnen lopen, daarom heten ze ook soms wel eens loopkevertjes. Bomen kunnen nooit een stap verzetten, maar ze hebben ook wel eens behoefte aan wat gezelschap. "Als jij nou eens met de andere dieren ga praten, over hoe fijn het is in mijn bomenhuis,"zei de boom tegen het rood met zwarte stippeltjes kevertje. Want hij wist eigelijk weinig of niets van de andere, de lopende en bewegend, wereld."Ik heb een heel leuk plannetje voor je bedacht, heus je zult er echt van opkijken, zo leuk is het,"riep het kevertje sjirpend. "Vertel, vertel toe schiet op, ik ben vreselijk nieuwsgierig!"riep de boom krakend in al zijn takken. Het kevertje vertelde, dat een stukje verderop, net over de heuvel, een huisje stond. In dat huisje wonen ook kinderen, dat had hij pas geleden zelf gezien. "Ik ga aan die kinderen vragen of ze in jou willen komen spelen”, zei het kevertje tegen de boom, en knabbelde nog wat luizen van een blaadje. Zoals was afgesproken, zo gebeurde het ook. Het kevertje nam een sprong van een tak af naar beneden en zweefde over de heuvel, hup in de struiken naast het huisje. Het was een hele duikvlucht, maar gelukkig zonder brokken. Toen een van de kinderen buiten langs de struik liep, liet hij zich boven op het hoofd van het kind vallen. Vlak bij zijn oortje fluisterde het lieveheersbeestje zijn verhaaltje over het in de boom spelen. Zo is het gebeurd, dat die middag na schooltijd, door wel vier kinderen er een prachtige boomhut in de eenzame boom werd gemaakt. Natuurlijk zonder spijkers, gewoon van planken en touw bouwde zij een hele mooie. En de boom, hij genoot van al die drukte met plezier. Hij riep bladvol,”ik zie geen verschil tussen die spelende mensjes of een rood zwart gestippeld kever dier!"

1 comment:

Wieteke I. Opmeer said...

in een woord prachtig !
groeten wieteke het zijn echt geweldige verhaaltjes vooral deze!
kusjes wieteke!