Als in de kille herfstdagen,
het somberen je stramme lijf bekruipt,
zing dan een vrolijk lied,
zodat je niet,
in het somberen verstijft verzuipt
Altijd komt er na deze donkere paddenstoelentijd,
het mooie kerend winterlicht,
met een nieuw opgeklaard gezicht,
van een glinsterend sneeuwtapijt