Friday, September 14, 2007

Pompommetje

"Ik weet zeker dat ik iets zag lopen of kruipen langs de rand van mijn boord,"zei ik geschrokken tegen mijn vrouw. Ze moest verschikkelijk lachen om die onzinnige opmerking van mij."Volgens mij heb jij niet één maar drie borreltjes genomen voor het eten,"was haar schampere opmerking. Nou dat van die borreltjes was pertinent niet waar."Eentje en niet meer dan ééntje!" riep ik een beetje kwaad. Nee aan de sterke drank lag het niet, want in eens zag ik het weer, een hoofdje met petje en krullend blondhaar, dat net even boven de rand van mijn bord loerde."Sst", fluisterde ik naar mijn vrouw en wees naar mijn bord, gelukkig, nu zag zij het ook. Met een snelle handbeweging greep ik langs de bordrand, en ja hoor, ik had het gepette krullenbolletje te pakken. "Au laat me los, je doet me pijn, auw!"snikte het ventje. Ik liet hem los maar wel zo met mijn hand in de buurt, dat als hij hem weer wilde smeren, ik hem direct weer kon pakken. Mijn vrouw en ik waren stom verbaasd, want we hadden wel eens in sprookjesverhalen gehoord van Kleinduimpje en Piggelmee, maar nu zat zo'n figuurtje bij ons op tafel. "Ik ga je eerst wat te drinken geven om van de schrik te bekomen," bemoederde mijn vrouw. Want een moederhart heeft ook plaats voor heel kleine vreemdelingen,was haar overtuiging. In het poppenhuis, wat nog niet op de zolder was opgeborgen, werd snel een bekertje en een kopje gevonden. Terwijl het ventje langzamerhand een beetje bij kwam van de schrik, gaf mijn vrouw hem wat water in het piep kleine bekertje, wat hij gulzig leeg dronk. "Hè hè,"riep het kereltje,opgewekt,"dat was wel even schrikken, maar ik zie dat jullie goeie mensen zijn." Hij liet nogmaals een diepe zucht, en ging languit op de keukentafel liggen met zijn armen onder zijn blonde krullenkoppie. Na wat heen en weer kijken, wij naar hem en hij naar ons, begonnen we alle drie ineens uitbundig hard te lachen, wat een aparte belevenis was dit. Het kereltje vertelde dat hij Kriel3 heette en dat zijn vader en moeder maar ook al zijn broers en zussen, en dat waren er een heleboel, ook Kriel hete. Niemand had een achternaam, alleen een cijfer was genoeg om elkaar te kennen.Die avond kwamen er meer familieleden even kijken, want ze hadden Kriel3 gemist en vreesde het ergste. Een valse kat of bijtende honden dat waren hun grootste vijanden. Op een gegeven moment zat de hele keukentafel vol met blond krullende mini mensjes, alle kopjes en bekertjes uit het poppenhuis werden gebruikt. Thee en limonade, soms koffie met een druppeltje melk, maakte mijn vrouw graag voor hun klaar. Vader Kriel1, vertelde ons dat zij bij het volk van de Krielen hoorde, ze stamde uit de tijd van de aardappeleters, dus lang geleden, volgens hem. "We eten altijd aardappels iets anders lusten we niet. Ieder jaar als de aardappels gerooid worden trekken ze met heel het Krielen volk naar het aardappelland en verzamelen de achtergebleven aardappeltjes, de krieltjes, in kleine rietenmandjes. Maar de laatste jaren gaat het steeds slechter met het vinden van achter gebleven krieltjes. Er zijn namelijk erg hebberige mensen, die zodra de rooimachines beginnen, al klaar staan om alle achter gebleven aardappelen op te rapen."Dat noemen ze aardappelslezen,"zei vader Kriel1 misnoegd. Die avond kookte mijn vrouw een flinke pan met kriellen, speciaal voor onze kleine vrienden. Vroeger gooide wij wel eens die hele kleine aardappeltjes in de groenbak, want het schillen was een heidens karwij. Maar nu staat er een maal per week een bakje met krieljes onder de tamme kastanje boom achter in de tuin, en de volgende dag is alles verdwenen. Soms zie ik hier of daar een blond krulhaartje aan een bessenstruik hangen en weet dan dat het nog steeds hier goed Krieljoelt!

No comments: