Friday, January 6, 2012

Misschien hoor je het ergens

Er was eens een muzikale boer. Die boer bouwde op een groot stuk weiland met veel bomen, van al het geld wat hij als koeienmelker verdiende, tussen de bomen een muziekstadje. Overal en ergens stond wel een concertstalletje operastalletje of een muziektheaterstalletje, want de boer boerde goed. En weet je wat ook zo anders was dan gewoon, dat alle muzikanten die daar speelde dat deden voor de dieren van de boer en die dieren vonden dat prachtig. Toen hij op een onzekere dag, want het was maandag en daar hield de boer niet zo van, hij zijn muziekstadje ging bezoeken, was het er helemaal muisstil. Nu moeten jullie weten dat het alle dagen, ja echt alle dagen, het er een kakofonie van geluiden was in zijn muziekstadje. Maar nu was het zo fluisterstil dat je de snorharen van de buidelrat kon horen trillen, dat is dus echt stil hè. Alle muziekkanten zaten op het marktplein bij elkaar, oorwurmen gezichten, ja dat hadden ze. Sommige hadden hun viool en trompet in de wilgen gehangen. "Wat is hier aan de hand, waarom maken jullie geen muziek en plezier met elkaar?" vroeg de boer verbaasd. Want dat het niet klopte dat hij nergens trommels hoorde roffelen, geen piep, ook niet van het allerkleinste fluitje in zijn oren piepte, dat was hem wel duidelijk. Een meisje van net 5 melkpakken hoog was de eerste die de stilte niet meer stil liet zijn. "Er was hier een nare meneer met een rare hoed en een zwarte jas, hakkelde ze, en die meneer vertelde dat van de boerenbank ons muziekstadje geen muziekstadje meer mocht zijn, voortaan moest iedere boer en ook de muzikale boer, al hun verdiende geld naar de boerenbank brengen, "snikte ze. Dikke tranen biggelde over haar bleke wangetjes, want ze had de hele de nacht er niet van kunnen slapen. De boer die heus wel wat gewend was, kreeg door het zien van het verdrietige meisje een vuurrode snotterneus en ook bij hem liepen een paar tranen over zijn rode boerenkonen. "Dat zal niet gebeuren, riep hij stoer, niemand zal aan jullie muziekplezier komen, ga maar weer fijn muziek maken, en let op, geen zielige en verdrietige muziek hoor, dat is niet goed!" Hij ging boven op zijn paard Draver zitten om naar de grote stad te gaan , want hij had wel begrepen dat die zwarte jas meneer daar vandaan was gekomen. Op het kantoor van de boerenbank voor de boeren kreeg hij het hele verhaal te horen, "Ja meneer boer, ik hoop dat u het begrijpt, maar de bank wil eigenlijk alleen nog geld betalen aan boeren die mega stallen wilde bouwen en geen zweverige muziekstadjes of zo iets wat er op lijkt." "Geef dan maar al mijn geld wat ik hier heb gespaard nu direct terug en snel anders word ik niet een beetje maar hartstikke veel en verschrikkelijk boos!" bulderde de boer. Als de boer vertelde dat hij boos werd , nou dan kon je maar beter gaan verhuizen naar een ander dorp, want dat was niet zo best voor je oren. Met twee grote tassen vol met geld aan zijn zadel reed de boer weer terug naar zijn boerderij. De boerin had hij al een sms'je gestuurd dat ze alle muzikanten en dieren naar de boerderij moest laten komen, 'Het wordt een groot feest!' stond er te lezen. Chocolademelk chips en cola kocht hij onderweg om alle muzikanten te verwennen. Tot laat in de nacht was het een groot muziekspektakel, en het muziekstadje is gewoon blijven bestaan, zou willen weten waar? luister maar goed, misschien hoor je het ergens.

No comments: